Kabinet wil verbod op vochtige doekjes
Het kabinet heeft opnieuw een manier gevonden om zich met de kleinste details van ons dagelijks leven te bemoeien: een verbod op vochtige doekjes die plastic bevatten. Deze doekjes worden veel gebruikt in huishoudens, bij het verschonen van baby’s en op het toilet. Volgens de regering veroorzaken ze jaarlijks tientallen miljoenen euro’s schade aan het riool en het milieu. Nederland wil daarom in Europees verband een verbod regelen.
Overdrijving en gebrek aan realistische oplossingen
Laten we eerlijk zijn: dit slaat nergens op. Ja, sommige mensen spoelen deze doekjes door de wc, en dat kan verstoppingen veroorzaken. Maar is het daarom nodig om álle vochtige doekjes met plastic te verbieden? Wat dacht je van een simpele campagne om mensen bewust te maken dat ze die doekjes gewoon in de prullenbak moeten gooien? Of beter nog, fabrikanten stimuleren om biologisch afbreekbare alternatieven te ontwikkelen?
Kostenplaatje is overtrokken
Het kabinet beweert dat de schade aan het riool tussen de 22 en 55 miljoen euro per jaar kost. Dat klinkt misschien veel, maar in verhouding tot de miljarden die Nederland jaarlijks uitgeeft aan onzinnige projecten, is dit een druppel op een gloeiende plaat. Waarom niet strenger handhaven op fabrikanten die misleidende ‘doorspoelbaar’-claims maken, in plaats van consumenten weer te straffen met een totaalverbod?
Wat komt hierna?
Dit is weer typisch een voorbeeld van hoe de overheid steeds dieper ingrijpt in het dagelijks leven van burgers, zonder echt na te denken over praktische oplossingen. Vandaag zijn het vochtige doekjes, morgen misschien plastic tandenborstels of wasverzachters? Als de politiek echt milieubewust wil zijn, laten ze zich dan focussen op de échte vervuilers, zoals grote industrieën en niet op consumenten die gewoon hun huishouden op orde willen houden.
Kortom, dit verbod is een overbodige en zinloze maatregel die meer gebaseerd is op symboolpolitiek dan op werkelijke effectiviteit. Weer een klassiek geval van de overheid die probeert te scoren met ‘groene’ regels die vooral de gewone burger treffen.
